Intro
Voor deze leerwerkgroep heb ik een ethisch ontwerponderzoek verricht waarbij ik als ontwerper grondig mijn eigen waarden als ontwerper onderzocht en in kaart heb gebracht. 
Om tot deze waarden te komen heb ik gebruik gemaakt van drie ethische perspectieven, te weten de beginselethiek, gevolgethiek en deugdethiek. In dit onderzoek staat verder een casus centraal.

In het kort, gaat de casus over een robotassistent die een puber ondersteunt in het opkomen voor zichzelf in een thuissituatie, bijvoorbeeld in het geven van een mening bij een conflict met de ouder.

Dit onderzoek verkent de ethische ontwerpvraag: “in hoeverre mag de robotassistent het kind belonen voor goed gedrag in een conflictsituatie met de ouder?”.

Als ontwerper heb ik voor deze casus mogelijke toekomstscenario’s onderzocht en op basis daarvan relevante ethische ontwerpvragen geformuleerd.

Op basis van de ethische ontwerpvraag en de inzichten verkregen uit het theoretisch onderzoek heb ik een verscheidenheid aan alternatieven ontworpen en wederom deze geëvalueerd met de drie ethische perspectieven en de stakeholderwaarden.
Mijn waarden als ontwerper

Eerlijkheid 
Als ontwerper vind ik het belangrijk dat ik eerlijk ben naar mijzelf en de keuzes die ik maak als ontwerper. Wat ik naar mijn gebruikers communiceer of naar mijn ontwerpteam, moet wel op waarheid berusten omdat ik als een betrouwbaar en integere professional gezien wil worden en je hiermee jezelf (en dus ook je omgeving) niet voor de gek houdt. Het verschil met de waarde die ik heb als persoon van eerlijkheid is er eigenlijk niet. Ik kan me juist situaties voorstellen waarbij je als ontwerper nog eerlijker en transparanter moet zijn richting je gebruikers, omdat ik vind dat je ontwerp gebruik maakt van de kostbare tijd van die gebruikers en hier eerlijk mee om gaan vind ik het goede om te doen.


Autonoom
Als ontwerper vind ik het belangrijk dat ik vrij kan handelen, omdat ik als ontwerper het meeste plezier uit mijn werk haal als ik ik onbegrensd creatief kan zijn zonder dat andere daar dus grenzen aan stelt. Iets ontwerpen voor iemand dat begint voor mij dat je zelf wel plezier hebt in ontwerpen.

Empathie
Als ontwerper vind ik het belangrijk dat ik me kan inleven in de ander. Dit geldt zowel voor de gebruiker, klant als het ontwerpteam. Door inleving, begrijp je beter waar de ander behoefte aan heeft of leer je beter het probleem begrijpen en stel je jezelf in staat om een oplossing te bedenken. De voordelen hiervan volgens Wolbers (2018), is dat je wrijvingen herkent die de ervaring breken, je behoeften ontdekt die verborgen zijn, je aannames over je ontwerp wegneemt, je beter in staat bent om de taal van de klant te spreken en je beter een beeld krijgt van de context waarin je ontwerp of oplossing gebruikt wordt.


Deskundigheid
Als ontwerper vind ik ook deskundigheid een belangrijke waarde. Ik vind het belangrijk dat mijn werk goed onderbouwd en effectief is, omdat mijn ideeën of ontwerpen moeten bijdragen aan het probleem wat de gebruiker of klant ervaart in zijn of haar realiteit. Het moet daarom aansluiting vinden met die realiteit om als meer - waarde gezien te worden.

Samenwerken
Als ontwerper vind ik tenslotte samenwerken belangrijk. Dit geldt zowel voor de deelnemers aan mijn onderzoek, het ontwerpteam als de opdrachtgever of probleemeigenaar. Ik vind dit belangrijk omdat je samen meer gedaan krijgt dan in je eentje. Daarnaast bied het voor - delen als het voorkomen van verkokering waardoor de kans bestaat dat ik ontwerpkeuzes maak die voor mij het meest gunstig lijken. Tenslotte is voor mij het sociale aspect erg belangrijk, omdat ik andere mensen nodig heb om me op de rem te trappen als blijkt dat ik te enthousiast ben over mijn eigen ontwerpen.

Waarden

Stakeholderoverzicht

Stakeholderoverzicht

Provotype, robotassistent

Provotype

Een robotassistent die fysiek in de ruimte staat en de puber ondersteund in het geven van advies en handelingsperspectief tijdens een conflict met de ouder. Ik verwacht dat deze vorm een beetje provoceert.


Mijn provotype heb ik in de vorm van een rollenspel met een fysiek knutselwerkje gemaakt, dit werkje moet een robot voorstellen. In dit rollenspel spelen de stakeholders een toekomstige situatie uit aan de hand tekst van een script en wat de mogelijk invloed zou zijn van een robotassistent in een conflict tussen ouder en kind.

De robot heeft als rol om de puber te assisteren in het conflict met de ouder en doet dit op een dusdanig provocerende manier, waarvan ik hoop dat het vragen oproept en schurende waarden aan de kaak stelt. De robot heeft een ingebouwde speaker en praat dus terug.

Ik hoop dat de volgende waarden gaan schuren: autonomie van de ouder en van de puber, het gezag van de ouder en de vrijheid van de puber. Daarnaast hoop ik dat de stakeholder zelfvertrouwen als waardevol ziet. Omdat het ontwerp in deze casus gericht is op het vergroten van zelfvertrouwen en het vormen van een eigen mening.

Provotype script

Ontwerpoplossingen

​​​​​​​Het doel van deze stap is om om acht verschillende ideeën te bedenken voor een robotassistent die het kind ondersteund in het vormen van een eigen mening. Als ontwerper gaat de methode mij helpen om mezelf uit te dagen steeds creatievere ideeën te bedenken. De acht schetsen zijn ruw en hebben als doel om een indruk te geven van het idee.

Evaluatie

Vanuit de gevolgethiek bekeken wil ik met idee 7 er aan bijdragen dat het kind in een veilige omgeving, zichzelf leert op te komen en hiermee wil ik voorkomen dat het kind toch vastloopt of zelfs dichtklapt in een conflict met de ouder. “Oefening baart kunst”. De oefenrobot neemt de rol aan van ouder, maar als de robot beloond voor de training van het kind, dan kan het lijken alsof het de ouder is die het kind loont, terwijl het slechts een robot is. Dat vind ik niet helemaal eerlijk, omdat ik vind dat de ouder zelf betrokken moet zijn bij het belonen, omdat dit de samenwerking en relatie versterkt. Ik vind dus dat het ontwerp moet waarborgen dat de afstand tot de ouder en het kind minimaal blijft.
Vanuit de deugdethiek en mijn eigen waarden als ontwerper, vind ik het belangrijk dat het ontwerp (de robot) dienstbaar is aan het kind, maar ook aan de indirecte stakeholder, de ouder en samenwerkt. Met betrekking tot idee 2, wil ik dat de robot een dienstbare en samenwerkende robot is, die het kind ondersteunt zodra het een conflict herkent, maar dit wel dusdanig doet, dat het de situatie accepteert zoals het is. Vanuit liefde. Dat wil zeggen, dat het rekening houdt met de situatie. Als ouder thuis komt van een lange dag werken en geen zin heeft in bemiddeling van de robot, dan past de robot zich hier op aan.

Ook vind ik dat de robot in een dergelijke situatie beide beloond moeten worden als zij toch met elkaar de discussie aan gaan. Een speciaal beloningsprogramma voor zowel kind- las ouder, dit vind ik rechtvaardiger omdat niet enkel het kind investeert in de relatie, maar ook de ouder. Uiteindelijk is het samen werken en bouwen aan zelfvertrouwen een activiteit die voor beide belonend moet zijn, omdat ouder en kind mogelijk dan intrinsiek gemotiveerd zijn en mogelijk een gezondere communicatie tot stand kan komen.

Crazy 8 methode

Alternatieve ontwerpen
Lexi credit concept
Lexi credit concept
Voorbeelden geven
Voorbeelden geven
Doelen vieren
Doelen vieren
Doelen kiezen
Doelen kiezen
Complimenteren
Complimenteren
Samenwerken voor beloning
Samenwerken voor beloning
Conclusie

De robotassistent mag het kind belonen indien het gedrag heeft bijgedragen aan of het behalen van een vooropgesteld persoonlijk doel. In het kader van de casus, een doel wat bijdraagt aan het geven van je mening in een conflictsituatie.

Het gewenste gedrag is in de praktijk gebracht, de consequenties hiervan werden doorleefd en ervaren als positief.

Als ontwerper twijfel ik nog over de precieze werking van de beloning, conceptueel gezien, omdat ik in meerdere alternatieven ontwerpen elementen zie terug komen die bijdragen aan een goed ethisch ontwerp. Daarom vind ik dat robot minimaal rekening moet houden met de volgende waarden ten aanzien van belonen.

De robot beloond het kind eerlijk en rechtvaardig door het stellen van doelen, aan te moedigen en te complimenteren (ook als het faalt), omdat uit onderzoek is gebleken dat zodra je kinderen beloond (vooral beloningen van materiele aard) het de waarde en betekenis mist achter de activiteit. Daarom moet het bijdragen aan de intrinsieke motivatie vanuit een idee wie het kind wilt zijn en hoe hij of zij daar naartoe wilt groeien.

De robot beloond het kind en indirect ook de ouder. Het kind direct omdat de robot het kind ondersteunt in de zelfontwikkeling. De ouder indirect, omdat het belang van de ouder is om samen te werken aan een oplossing omdat dit de relatie tussen ouder versterkt en de harmonie van het gezin ten goede komt, wat weer bijdraagt aan de rol en acceptatie daarvan van de robot in het gezin.

Tenslotte is de robot dienstbaar aan het kind. Dit wil zeggen dat de robot in voldoende mate een aanmoediging geeft (als beloning voor het kind). Het kind is niet gebaad bij gejuich en gejoel van de robot bij iedere stap die het kind zet in de dialoog met de ouder. Daarvoor zal de robot context bewust moeten worden en het kind de controle moeten geven wanneer wel en wanneer het niet ondersteunt en dus ook beloond.

You may also like

Back to Top